Van der Made vindt het aan de ene kant goed dat er gekeken wordt naar de belevingswereld van kinderen, omdat hij denkt dat volwassenen niet altijd een goed beeld hebben van de impact van een beving op kinderen. Hij is echter van mening dat er gekeken moet worden naar een bepaalde context en dat er niet vanuit angst geregeld moet worden. Kinderen moet een veilige basis geboden worden.

Volgens de directeur wordt een kind bang in het donker als de vraag ‘ben je bang in het donker?' wordt gesteld. De Kinderombudsvrouw, Margrite Kalverboer, is het niet eens met dit standpunt van Van der Made. “Je moet het niet problematiseren, maar kinderen moeten zich wel kunnen uiten”, zegt ze.

De Togtemaarschool in Bedum is trouwens niet veel te merken van de aardbevingen, zegt de directeur. Wel hebben veel kinderen er wel eens mee te maken gehad; sommigen weten hoe het voelt. De reacties van de leerlingen variëren van “cool” tot “eng”. De kinderen die wel angst ervaren sinds ze een beving hebben meegemaakt vertellen bang te zijn dat hun huis of de school instort. Mocht er in het vervolg nog eens een aardbeving te voelen zijn, dan weten de leerlingen dat ze moeten proberen om rustig te blijven en naar hun juf of meester moeten luisteren.

Door: Redactie Nationale Onderwijsgids